Als inwoners van Geldrop maakten mijn vrouw en ik op zaterdag 8 september 2018 dankbaar gebruik van de mogelijkheid om gratis de omvangrijke herinrichting van het Weverijmuseum te bekijken. Het museum was beslist de moeite waard, niet in de laatste plaats vanwege het enorme waterrad dat boven de rivier de Kleine Dommel hing.
Wij waren onder de indruk van de moderne en aantrekkelijke presentatie in het museum en besloten ter plekke om een andere keer terug te komen voor een uitgebreider bezoek. In de kleine museumwinkel kocht mijn echtgenote een voor haar interessant boek. Ikzelf besloot om in het naastgelegen Centrum Hofdael (tegenwoordig: de Weeffabriek) nu eindelijk eens het kinderboek “Het Geheim van het verdwenen Katoenpad” van schrijfster Marianne Canters aan te schaffen.
Weven
Een dag later, op zondag, las ik dit geïllustreerde boek van 191 pagina’s in één keer uit. Ik liet de inhoud op mij inwerken en besefte dat het boek deel uitmaakt van het project “Verleden (ver)weven in heden”. Dit gemeentelijke project wil de textielhistorie van Geldrop en Mierlo doen herleven door die in beeld te brengen bij een breed publiek.
Heidepad
Daaraan draagt dit boek zeker bij, zij het dat het overgrote deel van het verhaal is verzonnen. Het is echter gebaseerd op een textielverleden zoals zich dat werkelijk in deze streken kan hebben afgespeeld. Feitelijk draait het verhaal in “Het Geheim van het verdwenen Katoenpad” om een heidepad dat vroeger echt heeft bestaan. Het Katoenpad komt namelijk voor op een Mierlose kadastrale kaart uit het jaar 1832.
Wolcentrum
De naam “Katoenpad” roept vragen op, omdat de textielfabrieken in Geldrop zich alleen op wol richtten. In dat opzicht vormde Geldrop ten opzichte van de rest van Brabant geen uitzondering. Nadat de Hollandse textielindustrie op z’n gat was komen te liggen, ontwikkelde Brabant zich mede vanwege het woeste landschap (heide, schapenteelt) tot het belangrijkste wolcentrum van Nederland.
Toerisme
Het belangrijkste katoencentrum van Nederland lag vroeger echter in Twente. Dus wat had Geldrop met katoen te maken? Waarom was katoen zo belangrijk dat er zelfs een pad tussen Geldrop en Mierlo naar werd genoemd? Terwijl andere paden helemaal geen naam hadden? Deze vragen kwamen ter sprake in de Werkgroep “Toerisme en Recreatie” waarvan schrijfster Marianne Canters deel uitmaakte. Deze werkgroep beijverde zich voor meer toerisme in de gemeente Geldrop-Mierlo.
Woon-werk
Mevrouw Canters nam het op zich om de oorsprong van de naam “Katoenpad” te verklaren en ging samen met leden van de Heemkundekring Myerle in Mierlo op onderzoek uit. Al snel ontdekte men dat het pad werd gebruikt door thuiswevers uit Mierlo die hun vervaardigde textielproducten lopend naar de fabrieken in Geldrop brachten. Ook Mierlose arbeiders die in de Geldropse textielfabrieken werkten, gebruikten dit voetpaadje op de Molenheide als woon-werk-route.
Open boek
Op 12 september 2018 is het opnieuw ingerichte Katoenpad op de Molenheide geopend en kan met behulp van een moderne app deze interessante oude route gelopen worden tussen Mierlo en Geldrop. Aan de Mierlose kant staat aan de Bosweg een enorm boek in het bos, voorzien van een plattegrond.
Heks
Het fictieve verhaal dat Marianne Canters onder andere op basis van de informatie van de heemkundekring en het Weverijmuseum samenstelde, is ronduit boeiend te noemen. De overgrootmoeder van de 11-jarige Sem, die later in het verhaal op mij overkomt als een soort vriendelijke heks, kent een geheim uit het textielverleden. Zij laat Sem zogenaamd toevallig een kist met documenten in haar woning vinden.
Psychologisch
Dat heeft grote gevolgen, want Sem ontdekt niet alleen samen met zijn vriendje Max het geheim van het Katoenpad, ook heeft hij een ervaring die het geheim op paranormale wijze aan hem openbaart. En dat in een levensstadium waarin hij het woord “liefde” leert begrijpen. Dat is niet alleen leuk voor hemzelf, maar eveneens voor zijn vader die na het overlijden van Sems moeder op zoek is naar een nieuwe vriendin. Het is een boek met behoorlijk wat psychologische diepgang, waar niet alleen kinderen maar ook volwassenen beslist iets van kunnen leren.
Andere betekenis van het Katoenpad
Tijdens mijn onderzoek naar het schilderij “Populierenlaan in de herfst” (1884) van Vincent van Gogh stuitte ik op de Canadese populier. De canadapopulier is een in 1750 in Frankrijk ontstane kruising tussen Populus nigra, de zwarte populier, en Populus deltoides, de Amerikaanse populier. Een andere naam voor “Populus deltoides” is (in het Engels) “eastern cottonwood“. Letterlijk vertaald: oostelijk katoenhout. Kennelijk heeft de kruising van beide soorten niet verhinderd dat sommigen de Canadese populieren “katoenhout” bleven noemen.
In 1884 was er in Nederwetten een openbare “verkooping” van 150 “Canadassen”. Vincent van Gogh was er bij en legde dit beeld vast:
In Noord-Brabant is de Canadese populier (in dialect: Kanidas) sinds begin 19de eeuw veelvuldig aangeplant. Het is een snelgroeiende boom, dus interessant voor de productie ervan. Het hout van deze populier werd rond Schijndel vooral in de klompenindustrie gebruikt. In België maakte men er luciferstokjes van.
Geen verband met textiel
En het verband tussen de naam van het Katoenpad en textiel? Helaas voor de Werkgroep “Toerisme en Recreatie” van de gemeente Geldrop-Mierlo bestaat dat verband niet. Het Katoenpad op de heide tussen Geldrop en Mierlo heette volgens mij zo omdat er ergens op het traject, in de buurt van een groot ven, een productiebosje van Canadese populieren was aangeplant. De bosarbeiders op het betreffende perceel noemden de bomen daar in hun jargon katoenhout. Passerende thuiswevers zullen wel eens zijn gestopt voor een praatje met de arbeiders en daar de naam “katoen” hebben opgevangen. Tja, en je weet hoe dat gaat. Zo’n makkelijk woord raakt snel ingeburgerd…
Toean
Mijn genoemde onderzoek naar Vincents schilderij “Populierenlaan in de herfst” leidde mij via een opgelost raadseltje naar de naam “Payen“. Dit was een Vlaamse kunstschilder die in opdracht van koning Willem I fraaie landschappen schilderde in Nederlands-Indië.
Vervolgens zag ik plotseling dat het woord “toean” (Indonesische aanspreektitel voor “heer”) voorkomt in “katoenpad”. De letters “a-t-o-e-n” vormen (in anagram) “toean“. Dat woord komt dan tussen de letters “k” en “p” in. Deze letters staan in het alfabet op de 11de respectievelijk 16de plaats. Dat is een verwijzing naar de zuidgevel van Kasteel Geldrop, waar deze getallen zijn af te leiden uit de muurankers.
Heren
Tenslotte resteren in “katoenpad” nog de letters “ad“, wat een afkorting is van de Latijnse woorden “anno domini” oftewel (vertaald): in het jaar des Heren. En dat jaar is dus 1611. Feitelijk vormt de naam Katoenpad op de Mierlose kadasterkaart van 1832 een code die is gerelateerd aan Kasteel Geldrop en het jaar 1611!
VOC
Ik kan niet anders concluderen dan dat het KatoenPad (via later aangeplante Canadese populieren) in het geheim naar het jaar 1611 verwijst. Naast dat in dat jaar een Eeuwig Edict werd afgekondigd, was de VOC, opgericht in 1602, toen al 9 jaar actief. Deze organisatie dreef handel in verschillende landen in Zuidoost-Azië, zoals Nederlands-Indië. Mijn oplossing van “Katoenpad” als “1611 toean (in het jaar des Heren)” kan worden gezien in het licht van de leiding van de VOC.
Het bestuur van de VOC werd namelijk de Heeren XVII (Zeventien) genoemd…
Nageslacht
De naam “Katoenpad” was een gouden vondst om een geheim uit de VOC-tijd mee te verbergen. Het vormde een uitgelezen methode om door ingewijden als code te worden gebruikt. Nadat men zich bewust was geworden van de puzzelwaarde (dezelfde die ik nu heb ontdekt), werd de naam “Katoenpad” genoteerd op de Mierlose kadastrale kaart van 1832. Dat was speciaal voor het nageslacht van ingewijden, als andere aanwijzingen verloren zouden gaan. Maar men wilde het VOC-geheim tegelijkertijd nog verder in nevelen hullen. Daarom regelde men dat er ergens langs het traject katoenhout (Canadese populieren) werd aangeplant. Daarvan kon later door slimmeriken eventueel de naamgeving “Katoenpad” worden afgeleid, zonder dat de werkelijke verwijzing gevaar liep ontdekt te worden.
Dwaalsporen
Rond 1865 vroeg men de Geldropse bomenkenner en kasteelheer Hoevenaar om de Eindhovense boomkwekerij op te richten. Daarmee waren alle goed doordachte dwaalsporen in de moderne wereld een feit en zou niemand meer een verband leggen tussen het Katoenpad en de VOC.
Dat wil zeggen, totdat Vincent van Gogh c.s. zich ermee ging bemoeien (zie dit artikel). En in 2018 werd de kwestie weer actueel via de Werkgroep “Toerisme en Recreatie” van de gemeente Geldrop-Mierlo. Het gevolg was dat de zaak ook de interesse van niet-ingewijden (zoals ik) aanwakkerde…
Reageren op dit artikel? Dat kan niet in het openbaar. Wel is het mogelijk om rechtstreeks naar de schrijver (Jan Bakker) te reageren. Gebruik hiervoor het formulier op de contactpagina.
Deze CC-BY-SA-licentie staat hergebruikers toe het materiaal in het openbaar te kopiëren, distribueren en weer te geven of uit te voeren. Dit geldt zolang je de auteur of de houder van het auteursrecht (aangegeven in de titel van dit artikel) vermeldt. Je mag het materiaal voor commercieel gebruik toepassen. Ook mag je het aanpassen, bijvoorbeeld voor vertalingen. Voor gewijzigd materiaal geldt dezelfde licentie.